Vakantiedagen zijn de dagen die een werknemer vrij mag nemen terwijl het salaris wordt doorbetaald. Soms worden ze ook wel “verlofdagen” genoemd maar meestal wordt deze term gereserveerd voor dagen die men om een noodzakelijke reden extra vrij krijgt zoals bij zwangerschap, overlijden van een naaste of bij een calamiteit. Deze verlofdagen worden niet altijd (volledig) doorbetaald. Vrijwel altijd is het zo dat vakantie moeten worden aangevraagd door de werknemer en dan door de werkgever (vaak de leidinggevende) al dan niet wordt goedgekeurd. Dit moet (wettelijk) binnen 14 dagen, is er niet binnen die tijd door de werkgever gereageerd dan is de vakantie automatisch goedgekeurd.
De werkgever kan nadere regels stellen voor het opnemen van vakantie. Veelvoorkomende regels zijn dat vakantie (behoudens noodgevallen) minimaal een aantal dagen van te voren moet worden aangevraagd, dat de zomervakantie voor een bepaalde datum moet worden aangevraagd, dat er niet meer dan twee of drie weken aaneengesloten vakantie mag worden opgenomen, dat de aanvraag schriftelijk of in een speciaal systeem moet worden gedaan, enzovoort. De werkgever moet een gegronde reden hebben om een vakantieaanvraag af te wijzen, zoals een te lage bezetting op een afdeling.
De werkgever kan een individuele werknemer niet dwingen om op een bepaalde datum vakantie op te nemen. Wel kunnen er in de arbeidsovereenkomst of de CAO collectieve verlofdagen worden vastgesteld zoals bouwvak- of schoolvakanties, de dag na Hemelvaart of dagen rond Kerst en Oud en Nieuw.
Vaak zijn er twee soorten vakantiedagen, namelijk wettelijke en bovenwettelijke. Zie de links voor meer details daarover.
De volgorde voor het afboeken van vakantiedagen bij opname ervan is:
- Wettelijke vakantiedagen van vorige jaren (oudste eerst)
- CAO-leeftijdsdagen van vorige jaren (oudste eerst)
- Wettelijke vakantiedagen van huidige jaar
- CAO-leeftijdsdagen van huidige jaar
- Bovenwettelijke vakantiedagen van vorige jaren (oudste eerst)
- Bovenwettelijke vakantiedagen van huidige jaar
Zoals je ziet blijven de dagen met de langste “houdbaarheid”, de bovenwettelijke, ook het langst bewaard. Dit is duidelijk in het voordeel van de werknemer. Wel is het zo dat bovenwettelijke dagen in overleg met de werknemer mogen worden uitbetaald. Bij de wettelijke vakantiedagen mag dit alleen bij einde dienstverband.