Ik kom onder werkgevers regelmatig het idee tegen dat werknemers eigenlijk altijd wel ontslagen kunnen worden. Zolang je maar bereid bent om de transitievergoeding of een beetje meer te betalen. Vandaag las ik de uitspraak ECLI:NL:RBLIM:2017:11179 van de Rechtbank Limburg van 15-11-2017 waaruit blijkt dat een werkgever zich daar flink in vergiste. Naast de transitievergoeding van bijna €34.000,- kreeg de werknemer (12 jaar in dienst, salaris €6.878,42 bruto per maand) ook een hoge billijke vergoeding van €110.000,- toegekend! Dit is niet de hoogste billijke vergoeding die tot nu toe is toegekend (die is boven de anderhalve ton) maar wel een flinke. Zeker voor een “gewone” werknemer die wel in het MT zat maar geen directielid was.
De situatie
Waar ging het om? Het familiebedrijf Budé exploiteert 8 bouwmarkten en een tuincentrum. Een van de familieleden tevens directielid ligt al meer dan een jaar overhoop met de controller, die gezien zijn beoordelingen verder goed tot zeer goed functioneert. De controller weet zich in zijn meningsverschillen met de directeur gesteund door een ex-lid van de Raad van Commissarissen (RvC) die blijkbaar ook niet zo blij is met de directeur (haar oom). Ook de huidige leden van de RvC (twee neven van de directeur) lijken kritisch maar hun macht is beperkt. De directeur wil vanuit het bedrijf geld overmaken naar zijn pensioen-BV. De controller moet dat doen. Die wil blijkbaar voorkomen dat de directeur zoiets eigenmachtig doet en stuurt een mailtje aan de directeur met cc. aan de leden van de RvC met het verzoek te bevestigen dat de RvC daar geen bezwaar tegen heeft. Waarop de directeur uit zijn vel springt en de controller op het matje roept. Dat gesprek escaleert en de controller meldt zich meteen daarna ziek.
De uitspraak: hoge billijke vergoeding
Het bedrijf (ik denk dat ik veilig kan zeggen: “de directeur”) vraagt vervolgens het ontslag van de controller aan. Primair op grond van Verwijtbaar handelen van de werknemer (de E-grond) en secundair op grond van Verstoorde arbeidsrelatie (de G-grond). Zie voor meer informatie over ontslaggronden het artikel Ontslaggronden en meer WWZ-wetenswaardigheden. Er wordt door beide partijen een stortvloed aan stukken aan de rechter aangeleverd, zo te zien meer dan honderd. Daar was de rechter duidelijk niet van onder de indruk. Ook niet van het feit dat de werknemer ervan werd beschuldigd zijn vertrouwenspositie ernstig te hebben misbruikt. Naar oordeel van de rechter is de werkgever speciaal voor de rechtszaak stukken aan het produceren geweest en slaagde de werknemer er goed in de aantijgingen te ontkrachten. Er is volgens de rechter geen sprake van verwijtbaar handelen van de werknemer, inmiddels wel van een verstoorde arbeidsrelatie maar die is volledig aan de werkgever te verwijten. De werknemer wordt dus grotendeels in het gelijk gesteld en krijgt in totaal bijna €150.000,- mee.
Persoonlijke omstandigheden werknemer meegewogen
Belangwekkend aan deze uitspraak is vooral dat de kantonrechter bij de bepaling van de hoogte van de billijke vergoeding rekening houdt met de gevolgen die het ontslag heeft voor de werknemer. Die zijn ernstig. De man is wat ouder en zal niet makkelijk meer aan het werk komen. Ook is het verschil tussen zijn salaris en zijn WW-uitkering groot. Eerder volgden rechters bij de bepaling van de hoogte van de billijke vergoeding de lijn dat de gevolgen voor de werknemer al werden gecompenseerd door de transitievergoeding. De berekening daarvan is wettelijk vastgelegd, daar heeft de rechter geen invloed op. De billijke vergoeding zou vooral gebaseerd moeten zijn op de mate van verwijtbaarheid van het ontslag aan de werkgever. Deze nieuwe uitspraak is duidelijk een breuk in die beleidslijn. Dat die verwijtbaarheid er is mag duidelijk zijn, anders zou er helemaal geen billijke vergoeding zijn toegekend. Maar de mate van verwijtbaarheid alléén verklaart niet deze zeer hoge billijke vergoeding. De ernstige gevolgen voor de werknemer hebben zeker meegespeeld.
Conclusie
Het zal duidelijk zijn: het ontslaan van een werknemer kan véél meer kosten dan alleen de transitievergoeding. Door de hoge billijke vergoeding was het in dit geval vier keer zoveel! Áls de rechter vindt dat het ontslag aan de werkgever te verwijten is en hij dus grond heeft voor de toekenning van een billijke vergoeding, dan kunnen persoonlijke omstandigheden meegewogen worden. Met name bij oudere werknemers met wat langere dienstverbanden kunnen de kosten dan flink oplopen. Verder denk ik dat tevéél modder gooien (wat de werkgever in deze zaak volgens mij zeker deed) beter kan worden vermeden.
Ook voor hulp bij het opbouwen van een evenwichtig ontslagdossier, waarmee u niet het risico loopt dat de rechter vindt dat het ontslag aan u verwijtbaar is, kunt u uiteraard een beroep op ons doen. Bel voor een afspraak 06-50598271.