De transitievergoeding is het bedrag dat de werknemer normaal gesproken krijgt als hij of zij ontslagen wordt op één van de in de wet genoemde ontslaggronden. Voor alle duidelijkheid: als de werknemer zelf ontslag neemt bent u uiteraard geen transitievergoeding verschuldigd. Ook bij een ontslag met wederzijds goedvinden (via de zogenaamde Vaststellingsovereenkomst) bent u in principe niet de transitievergoeding verschuldigd, hoewel wel vaak aansluiting bij de hoogte daarvan wordt gezocht. Maar u kunt een lagere of geen vergoeding overeenkomen (als het ontslag feitelijk aan de werknemer te verwijten is) of een hogere (als de werkgever weinig ontslagdossier heeft). De transitievergoeding is bij de invoering van de Wet Werk en Zekerheid op 1 juli 2015 in de plaats gekomen van de ontslagvergoeding. U kunt de hoogte van de transitievergoeding snel berekenen via de website Ontslag.nl.

U bent als werkgever, wanneer u een werknemer ontslaat, slechts in uitzonderingssituaties geen transitievergoeding verschuldigd. Dat is zo wanneer het ontslag het gevolg is van ernstig verwijtbaar gedrag van de werknemer. Gewoon “verwijtbaar” is niet genoeg, het moet “ernstig verwijtbaar” zijn. Zie voor een voorbeeld dit artikel: Bitcoins: hou uw medewerkers in de gaten! Bij ontslag op staande voet is er vaak sprake van deze ernstige verwijtbaarheid aan de kant van de werknemer en is dus vaak geen transitievergoeding verschuldigd. Maar daar zijn uitzonderingen op gemaakt door de rechter, zie deze uitspraak van de Rechtbank Amsterdam.

In 2019 is de Compensatieregeling Transitievergoeding van kracht geworden waarmee bij ontslag na 2 jaar arbeidsongeschiktheid de transitievergoeding vanuit het Algemeen Werkloosheidsfonds aan de werkgever wordt terugbetaald. Deze wet heeft terugwerkende kracht tot 1 juli 2015 gekregen.

Verder is per 1-1-2020 de Wet Arbeid in Balans van kracht geworden. Een onderdeel daarvan is dat de ontslagen werknemer vanaf de eerste dag van het dienstverband recht heeft op de transitievergoeding. Eerder was dit pas na 2 jaar. De hoogte van de transitievergoeding is 1/3e maandsalaris (inclusief vakantiegeld en vaste emolumenten) per dienstjaar. Dit wordt op de dag nauwkeurig berekend. Zie voor alle details het artikel Transitievergoeding vanaf 1 januari 2020.

Bij onderbreking(en) van het dienstverband van minder dan 6 maanden (voor 1-7-2015 gold een periode van 3 maanden) bent u ook transitievergoeding verschuldigd over de voorgaande dienstverbanden. De termijn van de onderbrekingen zelf telt daarbij niet mee.

De wet zegt niets over de situatie waarin de werknemer ergens in de keten een contract zelf heeft opgezegd. Maar recente rechtspraak (o.a. Rechtbank Gelderland 11 augustus 2021) geeft aan dat wanneer het dienstverband door de werknemer is opgezegd, het voorgaande dienstverband niet wordt meegeteld voor de berekening van de transitievergoeding.