De allocatiefunctie houdt in dat vraag en aanbod op de arbeidsmarkt actief bij elkaar gebracht worden. Simpel gezegd: wie doet de werving van de medewerkers. Een uitzendbureau vervult de allocatiefunctie, zij werven dus zelf en bieden vervolgens de medewerker aan bij de inlener. Bij payrolling doet niet het payrollbureau de werving maar de inlener, het bedrijf waar de medewerker komt te werken. Een payrollbureau vervult dus geen allocatiefunctie. Je mag dit omdraaien: als er geen allocatiefunctie is vervuld is er dus sprake van payrolling.
Wat is bij het bepalen of er sprake is van vervullen van een allocatiefunctie nog meer van belang?
- als de inlener een werving- en selectiebureau inhuurt om een kandidaat te vinden en de kandidaat gaat vervolgens bij een ander bureau (niet het werving- en selectiebureau) op de loonlijst dan is er geen sprake van een allocatiefunctie (en dus wel van payrolling)
- als de kandidaat eerder bij de inlener zelf in dienst is geweest (of er stage heeft gelopen) dan heeft het uitzendbureau niet de allocatiefunctie vervuld, en is er dus sprake van payrolling.
- een uitzendbureau houdt zich bezig met het invullen van een tijdelijke vraag van arbeidskrachten. “Tijdelijk” kan behoorlijk lang zijn, 5,5 jaar is mogelijk, zo lang de intentie maar “tijdelijk” is. Gaat het feitelijk om een vaste vacature dan is er geen sprake van het vervullen van de allocatiefunctie (maar van werving en selectie door een uitzendbureau) en is het dus payrolling.
- een uitzendbureau wordt geacht op z’n minst een vacaturesite te hebben en intercedenten in dienst te hebben die actief werven. Het staat niet in de wet, maar je kunt wel zeggen: als het bureau dat voor de inlener werft, en de kandidaat vervolgens zelf in dienst neemt, niet aan alle eisen van een uitzendbureau voldoet en bij de ABU of NBBU is ingeschreven dan wordt het niet gezien als een uitzendbureau en is er dus sprake van payrolling.
Voor het maken van het onderscheid tussen uitzenden en payrolling is de allocatiefunctie één van de twee criteria waarnaar gekeken wordt. Het andere criterium is exclusiviteit: mag de medewerker zonder toestemming van de inlener door het bureau elders ingezet worden. Een uitzendbureau mag dit wel, een payrollbureau niet. Het onderscheid is belangrijk omdat uitzendbureaus met veel flexibelere arbeidscontracten mogen werken en zich maar op een beperkt aantal punten hoeven te conformeren aan de inlenersbeloning.